Buitenste kniebandletsel - Buitenband scheur
SLCL scheur, Lateraal collateraal ligament scheur, LCL verrekking, LCL Ruptuur, Varisatie knie, buitenband letsel
Wat is een Buitenband scheur?
Een buitenband scheur (ook bekend als een LCL scheur) is een veelvoorkomende knieblessure/ sportletsel en wordt gekenmerkt door schade aan de buitenband van het kniegewricht.
Een knieband (ligament) is een band van sterk bindweefsel en loopt van bot naar bot. De buitenband (lateraal collateraal ligament) situeert zich aan de buitenzijde van de knie en verbindt het dijbeen met het kuitbeen.
De buitenband is één van de belangrijkste banden van de knie en zorgt voor stabiliteit door overmatige draai en zijwaartse beweging (varus) van de knie tegen te houden. Als deze zijwaartse beweging te hevig of te vaak gebeurt, kan dit leiden tot een scheur van het LCL.
Een dergelijke scheur kan variëren van een gedeeltelijke scheur(inscheuring) met minimale pijn tot een complete scheur met pijn en beperkingen. Deze scheur kan in 3 graden worden onderverdeeld:
- Graad 1 scheur: er zijn maar een paar vezels gescheurd, een beetje pijn met nog volledige functie.
- Graad 2 scheur: er zijn een aantal vezels gescheurd, met middelmatig verlies aan functie.
- Graad 3 scheur: alle vezels zijn gescheurd wat leidt tot knie instabiliteit en een groot verlies van functie. Andere structuren kunnen ook aangedaan zijn, zoals: de menisci en kruisbanden.
Wat zijn tekens & symptomen?
Personen met deze blessurevoelen typisch pijn aan de buitenzijde van de knie. Ook kan de pijn geprovoceerd worden door lokale druk op de laterale band. Bij een acute scheur kan er een knappend of scheurend geluid worden waargenomen tijdens het incident. In minder ernstige gevallen kan een persoon met een LCL scheur zijn activiteiten voortzetten. Zij ervaren na de activiteit een toename van pijn, zwelling en stijfheid van het kniegewricht. Deze klachten worden voornamelijk na rust en de volgende morgen gevoeld.
Wanneer een persoon zijn laterale band compleet afscheurt is er alleen op het specifieke moment van het afscheuren duidelijke pijn aanwezig, die vervolgens afneemt. Daarna kan er een gevoel van ‘uit de kom gaan’ optreden, wat gevolgd wordt door zwelling (buiten 1 uur na het trauma). Personen met een complete scheur van het LCL kunnen vaak hun activiteit niet afmaken door pijn of een ‘onstabiel gevoel’ van de knie. In sommige gevallen kan men niet steunen op de knie en zullen er blauwe plekken en kniestijfheid ontstaan.
De blessure treedt typisch op bij activiteiten waarbij er een hoge spanning op de laterale band komt te staan. Er zijn twee bewegingen die de buitenband zwaar belasten. Dit zijn: het draaien van de knie en het zijlings naar buiten bewegen van de knie (varus). Wanneer deze bewegingen overmatig worden uitgevoerd, kan er schade ontstaan aan de laterale band van de knie. Dit maakt een LCL scheur een veelvoorkomende sportblessure die voornamelijk optreed tijdens voetbal, basketbal, hockey, skiën etc. Vaak landt de sporter verkeerd waardoor de knie de in een verkeerde richting wordt gedwongen. In sommige gevallen is er geen sprake van een acuut letsel aan het LCL, maar wordt de schade veroorzaakt door overmatige repetitieve activiteiten.
De diagnose lateraal kniebandletsel kan worden gesteld door een fysiotherapeut of een arts. Een MRI, CT scan of RX scan kan in sommige gevallen nodig zijn om de diagnose te bevestigen, de ernst vast te stellen en ander letsel uit te sluiten.
Hoe wordt het behandeld?
De meeste personen met een buitenbandletsel reageren goed op fysiotherapeutische behandeling en verbeteren met de tijd. Wanneer er sprake is van een mild buitenbandletsel (graad 1 en 2) zal men met adequate behandeling meestal buiten 8 weken de normale activiteiten kunnen starten. Wanneer er echter sprake is van een complete scheur zal er een langere revalidatie nodig zijn om optimale functie te bereiken. In sommige gevallen is er ook schade aanwezig van andere structuren (zoals de meniscus of de kruisbanden). Deze revalidatie zal gecompliceerder zijn en daarom ook meer tijd in beslag nemen. Chirurgische behandeling vindt zelden tot nooit plaats.
Tijdens de fysiotherapeutische sessie kunnen verschillende behandelstrategieën worden aangeboden. Deze kunnen zijn: stretchen, RICE (rust, ijs, compressie, elevatie), gewricht mobilisaties, sportmassage, elektrotherapie, oefentherapie (flexibiliteit, kracht en balans), aanpassen van activiteiten, biomechanische correctie, hydrotherapie, Medical taping, easytaping etc. De fysiotherapeut werkt gecombineerd ‘hands-on’ en geeft advies en sturing in welke oefeningen het beste zijn voor de patiënt. Hierin is de samenwerking tussen de fysiotherapeut en de patiënt erg belangrijk. De klachten die tijdens activiteiten optreden dienen niet genegeerd te worden. De patiënt dient voldoende relatieve rust te nemen, zodat er niet meer schade optreedt en het herstelproces niet belemmerd wordt. Samen met de fysiotherapeut zal een opbouwend behandeltraject worden opgesteld.